Nieuws

Genoeg.

2023/10/25 |

Samenleven

Vrije tribune

Terug

Elke dag, elk uur worden we geconfronteerd met verschrikkelijke beelden uit Israël en Palestina. Het begon met een regelrechte, dodelijke pogrom tegen Joodse gezinnen. Meer dan duizend Israëli’s kwamen daarbij om. Een gruwelijke evocatie van de donkerste bladzijden uit de al zo pijnlijke geschiedenis van het Joodse volk. De voornaamste bestaansreden van Israël werd die zaterdag verkracht: de garantie van een veilige thuis, na eeuwen vervolging en vernedering met een barbaarse Holocaust als verschrikkelijk dieptepunt. Zo’n terreurdaden zijn niet te vergoeilijken. Nooit. Hoe erg het onrecht waaronder men lijdt ook is. 

Dat Israël zou terugslaan, was onvermijdelijk. Sindsdien lijkt het op een Bijbels oog om oog, tand om tand. Wat volgde zijn moordende bombardementen op Gaza, een ommuurde en afgesloten strook land met meer dan twee miljoen Palestijnen. Er vielen al duizenden slachtoffers, waaronder meer dan duizend onschuldige kinderen. Mensen kunnen nergens naartoe. Israël houdt de grenzen gesloten. Er is een tekort aan water, eten, medicijnen. Een volk zonder hoop, verdreven van de grond van hun voorouders, leeft er in doodsangst. Het geweld dat burgers er treft is excessief en niet te verdedigen.

De ellende, de gruwel, de wanhoop van al die gewone mensen, zowel Israëli’s en Palestijnen, grijpt naar de keel. We voelen bijna fysiek de machteloosheid, de uitzichtloosheid van beide kampen. Wanneer houdt dit op? Wanneer stopt men met onschuldige mannen, vrouwen en kinderen te vermoorden, wanneer eindigt de wreedheid, de vicieuze cirkel van wraak en wederwraak? Mensenrechten, humanitair recht, oorlogsrecht: het betekent er niets. Ze worden vakkundig de nek omgewrongen.

De Israëlisch-Palestijnse kwestie is verschrikkelijk complex en gelaagd. Ze was al volop aan de gang toen ik geboren werd. Ik ben geen specialist, laat staan een exegeet ervan. Ik herinner mij de beelden van de Jom-Kipoeroorlog op tv - ik was een kind van 9 jaar oud -  van Camp David, de oorlog in Libanon, de intifada’s, de Oslo-akkoorden, de moord op Rabin. Telkens opnieuw het ontroostbare verdriet van moeders die hun kinderen verloren, de bitterheid van vernederde vaders, de levenslange trauma’s van kinderen.

De mensen ginder lijden onder die uitzichtloze strijd, maar ook de rest van de wereld gaat eronder gebukt. Het is in zekere zin de moeder van zovele andere conflicten. De voortdurende confrontatie wordt gebruikt en misbruikt, keer op keer geïnstrumentaliseerd door allerlei ideologische scherpslijpers. De ene keer als legitimatie, de andere keer als excuus. Het is een conflict dat ieder van ons hypocriet maakt, ontmaskert, verraadt en tot verrader maakt. De ultieme twee maten en twee gewichten, de ontkenning van de middenweg, het finale zwart-wit schema: je bent voor of je bent tegen. Vriend of erfvijand. Het duwt iedereen in onverzoenbare kampen. Het maakt niet alleen de Israëli’s en Palestijnen kapot, we worden allemaal meegesleurd in een morele ravijn. In dat conflict blijft alleen het grote eigen gelijk over, samen met de aanbidding van het offer, de verheerlijking van het leed. De aanzwellende radicaliteit - na decennia escalatie - drijft beide partijen naar steeds meer extreme schema’s. Waardoor ze niet alleen de andere, maar ook hun eigen ziel vernietigen.

Totalitair denken laat geen ruimte voor co-existentie. Dat is het probleem van Israël. Ze staat tegenover een vijand - Hamas en co - die met niets minder tevreden is dan het vernietigen van de Israëlische staat en haar burgers. Ze willen alle Joden in de zee drijven, minstens totaal onderwerpen. Dat is hun eindoplossing. Voor uitgerekend een volk dat vanuit de Europese getto’s en vanuit de vernietingskampen hier haar toevluchtoord vond is dat geen vrijblijvende retoriek. Hoe maak je akkoorden met iemand die jou dood wil?

Aan de andere kant zijn er de Palestijnen. Al bijna tachtig jaar leven honderdduizenden in vluchtelingenkampen, in uitzichtloze omstandigheden. Zij die bleven worden behandeld als tweederangsburgers en ondergaan de ijzeren vuist van de Israëlische veiligheidsdiensten. Een eigen staat wordt hen ontzegd. Vanuit Palestijns perspectief kan je Israël moeilijk anders zien dan als een imperialistische mogendheid. Zeker deze regering, die zonder meer extreemrechts genoemd kan worden, gedoogt dat Joodse extremisten zich als regelrechte kolonisten gedragen, met als enige legitimatie een heilig boek dat enkele duizenden jaren geleden geschreven werd.

Dit wederzijds ontzeggen van elkaars bestaansrecht zorgt voor een duivels mechanisme van radicalisering. De angst voor vernietiging én het eigen grote gelijk, dat alles overgoten met een vaak fanatieke, religieuze legitimatie, geeft vleugels aan de meest extreme fracties van beide kanten. De Palestijnse autoriteit is de facto een “lame duck”. Ze heeft getracht via onderhandelingen een eigen staat op te bouwen en een moeilijke weg in het midden te bewandelen. Maar in het Midden-Oosten van vandaag is er tussen wal en schip geen water maar een onpeilbare diepte. Onmacht, corruptie en uitzichtloosheid beroofden haar van elke legitimiteit bij de Palestijnse bevolking. De extremen namen het over: zij die de onverbiddelijke strijd propageren. Wraak, zelfs door God gewilde wraak,  als politiek model.

Maar ook bij de Israëli’s heeft het extremisme de bovenhand gehaald. Elke politicus die vrede predikte, de tweestatenoplossing niet als zoethoudertje maar als opdracht omarmde werd van verraad beschuldigd. Met de moord op Rabin als meest extreme consequentie. De huidige regering bestuurt in ware Orbanstijl. Het politieke project van Netanyahu is steeds meer dat van een illiberale staat. En al jaren groeit het aandeel extreemrechtse Israëli’s die Palestijnen in zee of naar de woestijn willen drijven. De spiegelretoriek van het andere kamp.

Het conflict in Israël en Palestina is extreem explosief. Het dreigt ook onze samenleving in brand te steken. Net als tien jaar geleden met IS. Die terreurorganisatie gebruikte een cocktail van diepe emoties om jongeren aan zich te binden en sleurde velen mee op het pad van onheil. Vandaag dreigt zich hetzelfde voor te doen in onze steden. Jongeren worden dag en nacht geconfronteerd met de meest gruwelijke beelden. Tien jaar geleden was dat nog hoofdzakelijk via Al Jazeera, vandaag via Tiktok of Telegram. Nu zonder filter, rauw en extreem. Jongeren krijgen via die kanalen een onrechtvaardige wereld voorgeschoteld, een hypocriet Westen en een onderdrukt, machteloos volk versus een superieure ongenadige vijand, onvoorwaardelijk gesteund door het sterkste land op aarde. Met maar één doel: verontwaardiging oppoken. Van daaruit is de stap naar haat en geweld niet groot.

In ons land voelen velen zich solidair met de Palestijnen. Sommmigen betreuren dat buitenlandse conflicten hier spelen, maar beter is het om dat te begrijpen. De wereld is nu eenmaal omnipresent. Of het nu over de oorlog in Oekraïne gaat, onderdrukte vrouwen in Iran of gevangen seperatisten in Catalonië. Het laat mensen niet onberoerd, de ene is er meer door gegrepen dan de andere. En we denken er niet allemaal hetzelfde over.

Dat geldt ook voor het Midden-Oosten. Het conflict stelt ons allen op de proef, vraagt verantwoordelijkheidszin. Op de eerste plaats van gezagsdragers. In tijden van confrontatie is polariseren gevaarlijk, verbinding realiseren daarentegen cruciaal. Tien jaar radicaliseringsbeleid heeft dat glashelder aangetoond. We moeten mensen respecteren in hun gevoelens, frustraties en verontwaardiging. Tonen dat daarvoor plaats is in onze samenleving, dat onze democratie kanalen biedt om dat engagement te beleven en die mening te vertolken. Hen niet uitsluiten, maar insluiten is de boodschap. Zo zorgen we voor meer veiligheid. Deradicaliseren is in wezen in dialoog gaan, mensen uit de hoek halen, uit hun tunnelredenering, en tegelijk laten weten dat ze ertoe doen, dat hun mening telt. Wie zichzelf als burger ziet van onze samenleving, zal ze verdedigen. Ook al heeft hij er kritiek op. Die ruimte voor burgerschap moeten we borgen. Dat kan, niet door mensen naar de mond te praten, wel door onze democratische rechtstaat en haar waarden consequent te verdedigen. Zonder twee maten en twee gewichten.  

Mensen met pro-Palestijnse opvattingen zijn niet verdacht omwille van die mening. Wie ze expliciet of impliciet buiten de democratie plaatst, ontneemt hen alle democratische mogelijkheden om hun verontwaardiging, solidariteit en overtuiging te uiten. Zo drijf je mensen in de handen van extremisten. Dan zeg je eigenlijk, volledig ten onrechte: met die mening hoor je hier niet thuis. Dit is niet uw samenleving. Terroristen wrijven dan in hun handen. Ze krijgen een boulevard om te recruteren.

Sommige politici hebben een uitgesproken mening over het conflict ginder en dat is hun goed recht. Er zijn er die resoluut en zelfs radicaal kant kiezen en ook dat is legitiem. Maar tegelijk moeten we - in dit tijdsgewricht - het recht op een andere overtuiging onverkort verdedigen. Anders deconnecteren we ons van medeburgers. Dan beschermen we de open samenleving niet, maar vallen we ze aan: haar pluralisme, haar vrijheid van meningsuiting, de vreedzame botsing der ideeën. De kant van het licht kies je op momenten als vandaag niet door één standpunt te verabsoluteren en het andere te verdoemen, maar door net de vrijheid van meningsuiting zelf te verdedigen en de dialoog te promoten met respect voor elkaars gevoeligheden.

Aan het debat zijn evident duidelijke grenzen. We moeten in ons land elke vorm van geweld en intimidatie afwijzen. Wie zich ervan bedient plaatst zich wel degelijk buiten de rechtstaat. Dat is een rode lijn. Net zoals er geen excuus bestaat om het internationale humanitaire recht te schenden.  Ook die rode lijn moeten we consequent verdedigen.

Het beste wat ons kan overkomen, hier en in het Midden Oosten, is een einde aan het geweld. Er zijn al teveel onschuldige mensen afgeslacht. Tot welke groep ze ook mogen behoren. Die waanzin moet zo snel mogelijk stoppen. Genoeg is genoeg. Het platbombarderen van Gaza, het doden van onschuldigen, fabriceert alleen maar de volgende generatie onverbiddelijke vechtjassen. Je kan een volledig volk niet tot moedeloosheid bombarderen. Er is maar één weg en dat is de onderhandelingstafel. Hoe moeilijk, hoe onmogelijk ook. Er is maar één oplossing en dat is niet het grote gelijk, afgedwongen met brute macht of blinde terreur. De enige oplossing is een compromis. Dat compromis heet de tweestatenoplossing, met sluitende veiligheidsgaranties voor beide volkeren. Dat is de enige weg. Geen oog om oog, maar water in de wijn. Die oplossing komt er maar met moedige politici, die nee zeggen tegen het extremisme in eigen rangen. Die zeggen: genoeg bloed. Genoeg pijn. Genoeg.

Bart Somers

Minister van Samenleven

Bart Somers
Grote Markt 21
2800 Mechelen

Telefoon
015 29 78 15
Word lid van Open Vld
Laat je gegevens achter en krijg jouw lidkaart opgestuurd voor slechts 12,5 euro per jaar.